C2xE01

The Fading 19

Dit merkwaardige avontuur begint bij Falco Roderon, de gevallen zoon van de Roderon familie die Roderon Monastery overziet in het hoge Noorden op het Vernlodar plateau, tegen de Vernlodar Peaks aan. Falco, een dwerg met razendsnelle vuisten en misschien nog wel een nog sneller verstand, rijdt na verschillende rondzwervingen de zuidelijke havenstad Port Yoni binnen. Er is lichte regen, en hoewel Falco niet per se weet wat hij zoekt, vindt hij daar wel for time being een antwoord.

Nadat Falco zijn vaarwel heeft gezegd tegen de karavaan waar hij mee door The Whistling Gorge was gereden, loopt hij een van de drukste kroegen van Esteval binnen: the Tumbling Travellers Tavern. In het feestgedruis - waar zeelieden, minstrelen, marktlieden, smidsen, boeren en allerlei ander gespuis samen komen - vindt Falco nog een plekje naast twee humans om een pot bier te nuttigen met wat voedsel om weer op kracht te komen. Lang zal deze rust niet duren, want al snel merkt hij - samen met zijn nieuwe tafelgenoten - een kleine schermutseling op. Daarover later meer.

De tafelgenoten van Falco zijn een oudere man met geschiedenis en verdriet in zijn ogen, en een plompige jongeman van net boven de achttien. Géén verdriet in zijn ogen, wél vuur en gerechtigdheid. En jusballen in zijn mond. Het zijn Brando Vandlaeg - de oudere man - en Hendrik Diederik van Wierensbergen, de jongste zoon van Wullich's Lawmaster Roderik van Wierensbergen. Ze raken kort met elkaar aan de praat, terwijl Falco op zijn bestelling wacht.

Aan de bar staat de high-elf Randalf Olvaril. Zijn spraak is bíjna arrogant, maar op een zulk charmante manier dat zowel vrouw, man en alles daartussen geïnteresseerd in hem lijkt te zijn. Afkomstig van het noordelijke Debra - de technologiestad van Esteval - is de jonge Randalf op een sabbatical. Even weg van zijn studies en van de leer van zijn oudere vader Merkuur Olvaril, en de vrijheid en het plezier tegemoet. Ook zijn plezier zal nog slechts enkele minuten duren.

Deze vier worden samengebracht door een klein akkefietje, midden in the Tumbling Travellers Tavern. Op het eerste zicht stelt hij niet zoveel voor, maar schijn bedriegt. De nimble half-elf Flynn Fleetfoot - hij zal zich voorstellen als Brynn aan zijn toekomstige metgezellen - heeft het aan de stok met een grote, brute kracht. Hij zou nog geld krijgen van Flynn's kompaan Sebastien, wat hij aan de hele kroeg duidelijk wilt maken. Geld dat Flynn niet heeft. Of niet wilt geven. Hoe dan ook: de volledige ruzie loopt uiteindelijk met een sisser af, onder meer door het ingrijpen van Randalf en Falco. Flynn - op dat moment voorgesteld als Brynn - is dankbaar, en vraagt aan de twee heren of zij hem tot de volgende dag kunnen beschermen. Ongetwijfeld dat de brute kracht namelijk terugkomt.

The Fading 20

Niets bleek minder waar: na een avond drankspelletjes, stond de boze brute kracht in de vroege ochtend Flynn op te wachten om zijn geld op te eisen, wat voor hem betekende: een dreun op de bakkes van Brynn. Hier ontstond de eerste bonding, nadat de oude veteraan Brando met een welgeplaatste tik op de slaap van de boze meneer de nijpende situatie oploste. Wederom loopt het met een sisser af.

Een kleine gnome, Quency Meriadoc, een soort second-in-rank havenmeester met grijze sprietharen en een dikke, ronde bril, zag het schouwspel en nodigt de vijf helden-in-spé uit naar het hoofdkwartier van de havenmeesters. Daar aangekomen deelt hij een gedetailleerde kaart van Esteval, en vraagt of ze naar de zuidelijke vuurtoren willen gaan om daar Fredwyck op te zoeken, de vuurtorenwachter. Er is al een tijdje niets meer van hem gehoord. Alle vijf hebben ofwel geld nodig of hebben tijd te doden, en dus wordt er instemmend ja geknikt. Een voedselpakket wordt opgehaald, en de tocht naar de zuidelijke vuurtoren wordt in gang gezet.

Tijdens een overnachting kwam de boze brute kracht weer langs om wraak te nemen. Hier werd de meest recente party van Esteval getest: de jonge Hendrik Diederik ging al direct neer na een weggeplaatst schot van een van de lackeys, maar uiteindelijk werd nu - driemaal is scheepsrecht - de boze meneer professioneel een kopje kleiner gemaakt.

The Fading 21

Uiteindelijk bij de vuurtoren aangekomen, zijn de helden op onderzoek uitgegaan nadat de vuurtoren helemaal leeg bleek te zijn. Al snel werd een luik gevonden - zeer goed verstopt onder een tapijt - die leidde naar een ondergrondse basis, vol met goblins en kobolds. Aan het einde van de basis in een soort gemeenschappelijke eetzaal, lopen de vijf helden Fredwyck tegen het lijf, die druk in gesprek is met een kobold, goblin en orc. Hij trok na een kort en verhit gesprek al vrijwel direct zijn zwaard, en na een flink en moeilijk gevecht wisten de helden deze groep te overmeesteren. Een zeer merkwaardige samenstelling aan creaturen, werd geconcludeerd. In de voering van Fredwyck's doublet werd nog een vreemd amulet, of symbool, gevonden. Wat het betekent, dat weet de party nog niet, maar de toekomst zal het uitwijzen.